Corona 7- 16 mei 2020
Weer een coronaweek voorbij. Het woord “mondkapjes” kan ik intussen niet meer horen! Ik begin net aan deze blog en hoor op het nieuws, dat het centrum van Steenwijk is afgesloten door zwaar bewapende politie. Mijn eerste reactie is: Even kijken, wat is er aan de hand?” Ik ben geen journalist, maar mijn nieuwsgierigheid is even groot. Ik woon op nog geen 500m van het centrum. Even het hoekje om en ik ben er. Nee, ik ga dat niet doen. Er was blijkbaar een schietpartij en ik heb echt geen zin om het hoekje om te gaan. Ik hoor geen sirenes of andere alarmerende geluiden, dus het zal wel meevallen. Ze kunnen wel zonder mij.
Ja, weer een week voorbij. Langzaam komt er licht in de duisternis: de scholen weer voorzichtig open, de kappers mogen weer aan het werk, enz. Alles onder coronabeperkingen. Misschien kan ik heel binnenkort weer beginnen als taalcoach. Mijn leerlingen moeten dat natuurlijk ook wel zien zitten. Ik heb het hen gevraagd, maar nog geen antwoord gekregen. In de bieb worden allerlei maatregelen genomen om de lessen door te kunnen laten gaan. Ook het andere werk van de bibliotheek is weer begonnen: ik heb mijn boeken ingeleverd, die moeten nu 3 dagen in quarantaine, volgens het bericht op de site. Boeken in quarantaine! Dat bedenk je toch niet? De Voorleesexpres is weer een ander verhaal. Hoe lees je voor op 1,5m? Ik weet het niet. Digitaal? Dat kan, maar in mijn optiek zo kil. Voorlezen doe je samen op de bank, lekker dicht bij elkaar, vertrouwd. Hoe dat verder moet? Tijd om te brainstormen.
Gisteren heb ik weer bij de voedselbank geholpen. Dat doe ik nu elke vrijdag, sinds het begin van de crisis. Elke week komen er nieuwe cliënten bij. Elke week verbaas ik me ook over de aangeleverde producten. Verse groente ontbreekt nog wel eens en tot mijn verbazing was er gisteren niet veel zuivel. Vorige weken werd ik haast gedwongen om allerlei zuivelproducten mee te nemen. Dat wil ik eigenlijk helemaal niet, want ik kan die zelf wel kopen. Aan brood is er geen gebrek. In de enorme vrieskast staan de kratten opgestapeld. Allerlei soorten brood. Gisteren liep een van mijn collega-helpers met een paar zakken. Ik vroeg: ”Wat heb jij daar nou?”. Hij antwoordde: “5 broden”. En ja, dan kan ik het niet helpen, dan gaat het vanzelf, ik zei: ”2 vissen erbij en je komt een heel eind!”. Hij stond even stil, draaide zich om en met een grote grijns zei hij :”Ja, dan raakt het nooit op!”.
Reactie plaatsen
Reacties